SV | En aan den noorderhoek honderd ellen, hun twintig pilaren en derzelver twintig voeten waren van koper; de haken der pilaren en derzelver banden waren van zilver. |
WLC | וְלִפְאַ֤ת צָפֹון֙ מֵאָ֣ה בָֽאַמָּ֔ה עַמּוּדֵיהֶ֣ם עֶשְׂרִ֔ים וְאַדְנֵיהֶ֥ם עֶשְׂרִ֖ים נְחֹ֑שֶׁת וָוֵ֧י הָֽעַמּוּדִ֛ים וַחֲשֻׁקֵיהֶ֖ם כָּֽסֶף׃ |
Trans. | wəlifə’aṯ ṣāfwōn mē’â ḇā’ammâ ‘ammûḏêhem ‘eśərîm wə’aḏənêhem ‘eśərîm nəḥōšeṯ wāwê hā‘ammûḏîm waḥăšuqêhem kāsef: |
En aan den noorderhoek honderd ellen, hun twintig pilaren en derzelver twintig voeten waren van koper; de haken der pilaren en derzelver banden waren van zilver.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En aan den noorderhoek honderd ellen, hun twintig pilaren en derzelver twintig voeten waren van koper; de haken der pilaren en derzelver banden waren van zilver.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!